“Ga je met pensioen? Gefeliciteerd!” Ik hoorde het de afgelopen maanden diverse keren, en iedere keer weer vroeg ik me af of het een felicitatie waard is. Zou de reactie niet eerder moeten zijn: “Wat vervelend voor je! Wat ga je nu dan doen?”
Het is een bijzonder fenomeen, pensioen. Ongeacht de omstandigheden, de leeftijd, de gezondheid of het personeelstekort in de betreffende sector ligt het moment vast en kun je betaald vrijaf nemen.
Maar: is het eigenlijk wel verstandig om met pensioen te gaan? Wat betekent het voor je (mentale) gezondheid? Is het beter om eerder te stoppen of juist later? Daar zijn meerdere onderzoeken naar gedaan. De uitkomst zal niet verbazen: de gevolgen van pensionering zijn voor iedereen verschillend. Toch zijn er grote lijnen te ontdekken.
Disclaimers vooraf
Het zijn geen eenvoudige vragen die de onderzoekers probeerden te beantwoorden. Over het algemeen gaat de gezondheid met de leeftijd achteruit. Ook het mentale welzijn van mensen verandert in de loop van de jaren, door omstandigheden, door acceptatie, of juist door frustratie. Pensionering gebeurt per definitie op latere leeftijd en het is dan ook niet altijd makkelijk te scheiden wat het effect van de jaren en wat het effect van de pensionering is.
Ook de omstandigheden waaronder het pensioen plaatsvindt spelen mee: een plezierige, goedbetaalde baan kan plotseling en ongewenst stoppen door een faillissement van het bedrijf of vanwege gezondheidsklachten. Dat zal niet bijdragen aan een fijne start van het pensioen. Daarentegen kan iemand die zijn baan ervaart als saai, zwaar en onderbetaald reikhalzend naar dat pensioen uitzien. Hij zal de deur van zijn bedrijf met plezier achter zich dichttrekken.
’Use it or lose it’
Het was al bekend dat een gebrek aan mentaal uitdagende activiteiten het achteruitgaan van cognitieve functies kan versnellen, het zogenoemde ’use it or lose it’-principe. Brits onderzoek uit 2018 probeerde de voor de hand liggende vraag te stellen: geldt dat ook voor de periode na de pensionering? Immers: na je pensioen doe je minder. Op die vraag was tot op dat moment nog geen bevredigend antwoord gekomen.
En dus doken de onderzoekers in de Whitehall II-studie, een longitudinaal onderzoek. Uit de gegevens van 3433 ambtenaren, 14 jaar vóór tot 14 jaar na hun pensioen kwamen bijzondere zaken naar voren. Alle cognitieve domeinen namen in de loop van de tijd af, maar de afname van het verbale geheugen verliep (gecorrigeerd voor de leeftijd) maar liefst 38% sneller na pensionering in vergelijking met daarvoor.
Het verbale geheugen gaat bij iedereen achteruit bij het ouder worden, maar een ‘hoger’ werkniveau bleek daar enigszins tegen te beschermen. Dit ’beschermende effect’ ging echter verloren toen mensen met pensioen gingen, wat resulteerde in een vergelijkbaar percentage achteruitgang na pensionering in alle werkniveaus.
Positief is dat deze onderzoekers geen significante impact van pensionering op de andere cognitieve domeinen vonden. Andere onderzoeken lijken dat te bestrijden: zij vinden juist wel een (lichte) achteruitgang van het geheugen.
Drie jaar eerder had een Limburgs onderzoek positievere effecten vastgesteld. Op basis van langlopende data uit de Maastricht Aging Study (MAAS) concludeerden zij dat gepensioneerden een langzamere achteruitgang in cognitieve flexibiliteit vertonen dan mensen die blijven werken. Een positief effect dat tot zes jaar na de pensionering zichtbaar blijft. De cognitieve flexibiliteit na pensionering is volgens de onderzoekers vergelijkbaar met mensen die vijf tot zes jaar jonger zijn.
Honeymoon en Ashenfelter’s dip
Tot zover de effecten op de cognitieve functies. Maar hoe zit het met de stemming? Op die vraag zocht een studie uit 2023 naar een antwoord. De onderzoekers gebruikten gegevens uit Survey of Health, Ageing and Retirement in Europe (SHARE) en keken daarbij vooral naar de invloed van pensionering op de geestelijke gezondheid van Europese volwassenen, en dan vooral naar de mate van depressie.
De resultaten laten zien dat pensionering over het algemeen depressie vermindert, vooral wanneer mensen met pensioen gaan uit positieve of vrijwillige motieven (zoals willen genieten van het leven of meer tijd doorbrengen met familie). Maar hun geestelijke gezondheid vermindert wanneer dat onder negatieve omstandigheden gebeurt (bijv. door ziekte of ontslag).
Opvallend: de mentale gezondheid bleek al te verbeteren vóór het pensioen, vooral bij mensen die binnen twee jaar verwachten te stoppen met werken. De onderzoekers vermoeden dat het hier gaat om de zogenoemde Ashenfelter’s dip:een fenomeen uit de economie. De Ashenfelter’s dip beschrijft hoe de inkomsten van individuen vaak laag zijn in het jaar direct voorafgaand aan het starten van een trainingsprogramma. De effecten van de training kunnen daardoor vertekend zijn.
Het optreden van Ashenfelter’s dip suggereert dat mensen hun levensstijl al aanpassen in aanloop naar het pensioen.
Ongeveer twee jaar na het pensioen verdwijnt dit positieve effect echter: het ‘honeymoon’-gevoel neemt af en de depressiegevoelens keren terug naar het oude niveau. Dat wijst er op dat iemand is gewend aan de nieuwe levensfase.
Pensioen pakt voor mannen met partner positief uit
Niet iedereen reageert hetzelfde op zijn of haar pensionering. De al eerder aangehaalde studie uit Maastricht wijst er op dat de informatie-verwerkingssnelheid sneller daalt bij gepensioneerden met een lage opleiding dan bij gepensioneerden met een hogere opleiding.
Meerdere onderzoeken wijzen er overigens op dat dat samengaat met een ander verschil tussen hoog- en laagopgeleiden ná de pensionering: hoogopgeleiden, die immers vaak zittend werk doen, gaan over het algemeen meer bewegen, terwijl bij laagopgeleiden, die tijdens hun werk vaak al fysiek bezig waren, het bewegen juist afneemt. Bekend is dat beweging een belangrijke beschermende factor is voor depressieve klachten.
Onder andere [https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/2024-0046.pdf|het RIVM|ext] wijst er op dat bij mensen met een hogere sociaaleconomische status het met pensioen gaan vaker een positief effect lijkt te hebben op hun mentale gezondheid dan bij mensen met een lagere sociaaleconomische status. Dit heeft te maken met het feit dat gepensioneerden met een lagere sociaaleconomische status vaker met ongezonde leefomstandigheden en een minder goede financiële situatie te maken hebben dan gepensioneerden met een hogere sociaaleconomische status. Voor de groep met een lagere sociaaleconomische status kan ook een slechtere gezondheid vanwege fysiek zware beroepen hierin een rol spelen.
Alleenstaande mannen: forse verslechtering van mentale gezondheid
Ook op het gebied van geslacht en burgerlijke staat zijn er verschillen. Vooral voor mannen met een partner lijkt pensionering positieve effecten op de geestelijke gezondheid te hebben. En niet een klein beetje: het onderzoek wees uit dat de kans dat zij zich goed voelt met bijna 25 procentpunten stijgt. Ook hun partner profiteert: hun welbevinden stijgt ongeveer 20 procentpunten. Alleenstaande mannen ondervinden juist een forse verslechtering van hun mentale gezondheid, dat ongeveer 40 procentpunten) daalt. De oorzaak? Vooral toenemende eenzaamheid.
Voor zowel samenwonende als alleenstaande vrouwen zijn de effecten van pensionering op mentale gezondheid kleiner en minder significant. Vermoed wordt dat dat (vooral bij alleenstaande vrouwen) komt omdat zij doorgaans sterkere sociale netwerken, meer diverse rollen en beter ontwikkelde strategieën voor sociale en emotionele steun hebben dan alleenstaande mannen. Mannen verliezen daarentegen vaker hun belangrijkste sociale structuur en gevoel van identiteit zodra ze stoppen met werken.
Een aparte doelgroep wordt nog genoemd door het RIVM: de ZZP-er. Aangezien zelfstandigen momenteel een groter deel van de beroepsbevolking vormen, ziet het RIVM een reëel risico dat een groter deel van de toekomstige gepensioneerden moeilijker zal kunnen rondkomen. Dit kan een negatieve invloed hebben op de toekomstige mentale gezondheid
Pleidooi voor een flexibele pensioenleeftijd
De meeste onderzoekers zijn het er wel over eens dat het van belang is om ook ná het pensioen ‘cognitief stimulerende activiteiten’ vol te blijven houden en ook fysiek actief te blijven. Hoe actiever, hoe beter de cognitieve prestaties en het mentale welzijn. Onder andere de Hersenstichting geeft daar tips over.
De positieve invloed op de mentale gezondheid van met pensioen gaan wordt mogelijk afgezwakt door de verhoging van de AOW-leeftijd, waarschuwt onder andere het RIVM. Het instituut adviseert dan ook flexibele pensioenregelingen in te stellen, die zijn afgestemd op individuele en beroepsspecifieke omstandigheden, in plaats van een uniforme pensioenleeftijd.
Want, zo stelt de RVS: na het pensioen breekt voor deze generatie de derde levensfase aan, gevolgd door de vierde levensfase. Het is van belang dat zij deze derde levensfase zo gezond mogelijk bereiken, ook wat betreft fysiek functioneren. Hierdoor kunnen zij hun derde levensfase optimaal benutten en hebben zij enige reserves voor de fase van vergevorderde ouderdom (de vierde levensfase).
Van Ours en Picchio zeggen hetzelfde in iets andere woorden. Zij ontdekten in hun onderzoek dat er een verschil is in de pensioneringseffecten op basis van geslacht en burgerlijke staat. Veel cao’s houden daar geen rekening mee. Volgens Van Ours en Picchio verbetert meer flexibiliteit in het pensioneringsproces de welvaart.
Over de auteur
Willem Gotink is mede-oprichter van GGZ Totaal en was vanaf 2014 hoofdredacteur. Medio 2024 droeg hij het magazine over aan Leendert Douma. Sinds die tijd schreef hij incidenteel nog artikelen en nieuwsberichten. Daarnaast is hij werkzaam als SPV/poh-ggz.
Het onderwerp van dit artikel is niet willekeurig gekozen: dit is het laatste artikel van zijn hand voor GGZ Totaal en per 1 januari stopt hij ook als poh-ggz, ruim twee jaar nadat hij de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt.
Gezien bovenstaande adviezen en als antwoord op de vraag uit de inleiding: hij zal zich ongetwijfeld nog op de één of andere manier met de ggz bezighouden, zijn focus zal echter meer (dat wil zeggen meer dan voorheen mogelijk was) gaan liggen op de muziek.
Zie daarvoor www.littletango.nl
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.








